Toegankelijkheid

Skip to main content

Catweazle (1970-1971)

CatweazleIn de elfde eeuw na Christus wordt Europa geteisterd door aanvallen van de beruchte Noormannen. Op het platteland van Engeland woont de magiër en kluizenaar Catweazle, een magere en bebaarde excentriekeling. Hij voelt zich erg aangetrokken tot de magie, maar helaas voor hem hebben zijn spreuken met regelmaat van de klok geen uitwerking. De Noormannen besluiten naar Catweazles grot te gaan om hier voor eens en altijd een einde aan te maken. De magiër grijpt zijn pad Touchwood, zijn tovermes Adamcos en zijn magische duimring en slaat op de vlucht. Catweazle ziet nog maar één uitweg: hij springt in het meer en doet een magische toverspreuk.

CatweazleVoor de verandering werkt zijn toverspreuk deze keer wèl, alleen niet geheel op de manier zoals hij bedoeld had, hij blijkt in de jaren '70 van de twintigste eeuw te zijn beland. Hij verbergt zich in een oude watertoren waar hij wordt ontdekt door Edward, door Catweazle steevast Carrot genoemd, de zoon van een boer en die vlakbij van de watertoren woont. De twee worden goede vrienden en weten elkaar steeds weer te verbazen. Catweazle is enorm onder de indruk van de moderne wereld, en ziet alle vormen van moderne techniek als pure toverij. Zo noemt hij een gloeilamp "de zon in een flesje" en de telefoon "het sprekende bot".

CatweazleVanuit "Kasteel Saburac", zoals Catweazle de watertoren noemt, bestudeert hij de twintigste eeuw, met alle komische gevolgen van dien. Zijn toverspreuk "salmay, dalmay, adonay" is dan ook regelmatig te horen. Carrot aan de andere kant maakt graag gebruik van Catweazles middeleeuwse toverkunsten wanneer hem dat uitkomt. Bijvoorbeeld wanneer de nieuwe huishoudster en haar zoon Skinner de sfeer op de boerderij verzieken, en weggejaagd moeten worden. Na het beleven van een aantal avonturen krijgt Catweazle heimwee. Omdat hij door het water gekomen is, hoopt hij door het water ook weer terug te kunnen.

CatweazleDankzij een toverspreuk en een lamp, om de Noormannen af te schrikken, keert Catweazle terug naar de elfde eeuw. Met deze gebeurtenis kwam de eerste serie ten einde. De tweede serie begint met Catweazles gevangenschap in kasteel Farthing van de Noorman William de Collynforde. Via een toverspreuk weet de magiër te ontsnappen en komt wederom in de twintigste eeuw terecht. Catweazle meent dat hij kan terugkeren naar de elfde eeuw als hij de tekens van de dierenriem kan vinden. Deze keer is zijn kameraad niet Carrot maar Cedric Collingford. Cedric is op zoek naar de verdwenen Collingfordschat.

Samen met Catweazle gaat hij op zoek, en ook dit tweetal beleeft in serie twee de nodige komische avonturen. Catweazle werd in Nederland aanvankelijk uitgezonden onder de naam De tovenaar van Saburac. Een tweede bijzonderheid is dat de van origine Engelse serie in Nederland al op 4 januari 1970 voor het eerst werd uitgezonden, terwijl dat in Engeland zèlf pas op 15 februari van datzelfde jaar was.
 
 

Informatie

Aantal afleveringen
26

Uitgezonden door
NOS (4 januari - 29 maart 1970 / 3 oktober - 26 december 1971 / 25 juli - 25 augustus 1988 / 4 januari - 18 januari 2004)
Super Channel (5 februari - 12 maart 1987)
TV10 (29 juli - 2 september 1997 / 3 februari - 3 maart 1998)

Alternatieve titel
De tovenaar van Saburac

Scenario
Richard Carpenter

Muziek
Ted Dicks

Regie
Quintin Lawrence
David Lane
David Reid

Producenten
Quintin Lawrence
Carl Mannin
Joy Whitby

 


Bijdrage: Willem Bas
Met dank aan: John Beringen

Publicatiedatum: 16 oktober 2004
Laatste aanvulling: 24 juli 2012

© London Weekend Television

Super Channel, Jaren 70, 1970, NOS, TV10