Rob de Nijs won in 1962 op 19-jarige leeftijd een talentenjacht met zijn band Rob de Nijs en de Lords. De eerste prijs was een platencontract. De eerste twee singles (De liefste die ik ken en Jenny) flopten, maar het nummer Ritme van de regen uit 1963 werd een grote hit waarvan in totaal bijna 100.000 exemplaren verkocht werden. In 1963 deed hij mee aan het songfestival in Knokke.
In juni 1963 werd zijn eerste Rob de Nijs en de Lords-fanclub opgericht. In 1964 verschijnt zijn eerste soloplaat Dit is Rob de Nijs. De Nijs ontvangt voor dit album zijn eerste Edison award. In 1964 en 1965 was Rob de leading man in een serie televisieprogramma's voor de VARA: TV-magazine. Hierin werd hij behalve door de Lords, bijgestaan door Trea Dobbs, Ria Valk en Marijke Merckens. In november 1965 gingen De Nijs en de Lords uit elkaar. Hij ging werken bij Circus Boltini. De Nijs ging in 1968 werken in een tweetal clubs van zijn toenmalige schoonvader.
Eind 1969 kreeg hij een rol in Oebele als Bello Billy Biggelaar. Dat leverde hem in 1971 de rol van Bertram Bierenbroodspot op in de KRO televisieserie Kunt u mij de weg naar Hamelen vertellen, mijnheer?.
Tekst: Wikipedia